4. Vlinder

Achtergrondinformatie

Een kruisspin heeft een kruis op zijn rug. Een spin heeft acht poten en kan niet vliegen. Toch lukt het hem om een draad te weven tussen twee bomen die soms wel een paar meter uit elkaar staan. Hoe dat kan?

Op zijn achterste heeft een spin twee tuitjes. Hier kan hij een plakkerig draadje uit laten komen. Dit draadje is superlicht. Zo licht dat de wind het mee kan voeren. Als de spin geluk heeft, kleeft die draad aan de overkant aan een boom. Het beestje kan voelen of de draad vastzit. Als dat zo is, dan loopt de spin eroverheen om zijn web af te maken. Hij is dan net een koorddanser!

De spin produceert de draden voor het web zelf, dit materiaal wordt spinsel genoemd. Deze draad bestaat uit een mengsel van eiwitten, en de spin bepaalt afhankelijk van de functie of de draad moet kleven of niet.

Meestal zijn de draden van het spinnenweb voorzien van kleefstof. Als de prooi in het web vliegt blijft deze aan de webdraden plakken. De spin heeft zelf weinig last van de kleverige draden. De draden van het web zijn niet volledig met lijm bedekt, maar met druppels. De spin loopt als het ware tussen de lijmdruppels door. Ook zijn er in een spinnenweb ‘loop’-draden aanwezig zonder lijmdruppels; de spin gebruikt deze draden om zich in het web te verplaatsen zonder in zijn eigen web verstrikt te raken

Suggesties voor activiteiten

  • Laat de kinderen een vlinder vouwen of een spin maken. Download voor vlinder vouwen de pdf over vlinderorigami onderaan.
  • Vlindereitjes bestellen is heel leuk om met een schoolklas te doen. De kinderen zien dan de vlindereitjes uitkomen, de rupsjes steeds groter worden (als ze goed koolbladeren gevoerd krijgen) en uiteindelijk hangen er poppen in de vlinderkast, waar koolwitjes uitkomen. Zoek voor de mogelijkheden de site van de Vlinderstichting. Bestel op tijd, want het is populair!